Mijn voet ligt in de aarde
als een zeilschip op volle zee bladeren ritselen in mijn romp een geleefd stuk hout drijft op mijn tenen Ik ben een boot van hout het water houdt me gaande gaandeweg maak ik bladvaart en droom van lichtvoetig leven Mijn schip omarmd door beuk ouder dan het bos waarin ik vaar de zon speelt met de steen in mijn midden en maakt mijn hart tot vinder Ik vaar in groeven van mijn hielen ik vaar in water van een bron het water schaaft mijn eelt tot poeder in poeder schrijf ik het woord moeder Annemie 05/07/2020 |